Borstvoeding na de 6e maand

Geadviseerd wordt om minimaal 6 maanden volledige borstvoeding te geven.

Helaas wordt er in Nederland nogal eens vreemd gereageerd als je besluit om langer dan 6 maanden borstvoeding te geven. Men schijnt het nogal vreemd te vinden als je zo’n grote baby nog aan de borst hebt. Laat je hierdoor niet van de wijs brengen, borstvoeding is de beste voeding die er is, ook als je baby al wat ouder is.

Borstvoeding levert alle voedingsstoffen die je baby nodig heeft. Pas na 6 maanden heeft een baby behoefte aan iets meer dan alleen door borstvoeding wordt geleverd en kan het darmstelsel ander voedsel dan melkvoeding verteren. De meeste baby’s zullen zo rond de 6 maanden gaan aangeven dat ze belangstelling krijgen voor vast voedsel.

Tekenen dat je baby toe is aan vast voedsel zijn onder andere:

Rechtop kunnen zitten
Het verzwakken van het kokhalsreflex, zodat de baby vast voedsel niet meer automatisch uit zijn mondje duwt.
Bereidheid om te kauwen
De vaardigheid hebben om gericht dingen op te pakken en in zijn mond te stoppen
Een toenemende behoefte om aan de borst te drinken, die niet samenhangt met ziekte, pijn door het krijgen van tanden of een verandering in de dagelijkse routine.

Eerder beginnen met vast voedsel is niet nodig. Bovendien zal je baby minder melkvoeding nemen wat juist alle voedingsstoffen levert die nodig zijn.

Bij baby’s die aanleg hebben voor allergieën kan het wel verstandig zijn om met 4 maanden al te beginnen met bijvoeden. Zo wordt het immuunsysteem langzaam maar zeker bekend gemaakt met verschillende soorten voeding waardoor men denkt dat een kind minder snel allergisch zal reageren.

Er wordt nogal eens beweerd dat baby’s die langer dan 6 maanden volledige borstvoeding krijgen een groter risico zouden lopen op een ijzertekort. Niets is echter minder waar. Diverse studies hebben uitgewezen dat op een leeftijd van 1 jaar het hemoglobinegehalte (ijzergehalte) aanmerkelijk hoger is bij baby’s die minimaal 7 maanden uitsluitend borstvoeding kregen dan bij baby’s die vanaf 6 maanden vaste voeding kregen.
Ook wordt er wel eens gewaarschuwd dat kinderen misschien niet leren kauwen als ze met zes maanden geen vast voedsel krijgen aangeboden. Dit idee is echter gebaseerd op onderzoek bij kinderen die gedurende één jaar of langer voeding via een infuus of sonde kregen. Een dergelijke studie kan dus niet zomaar worden geprojecteerd op kinderen die borstvoeding krijgen, er zijn dan ook geen aanwijzingen dat een baby die langer dan 6 maanden uitsluitend borstvoeding krijgt problemen zou krijgen met kauwen.
Een ander argument wat wordt gebruikt om vast voedsel te gaan aanbieden is dat een baby zo beter smaken leert herkennen en accepteren, maar ook dit klopt niet. De samenstelling en smaak van de borstvoeding varieert per moment van de dag en afhankelijk van wat de moeder gegeten heeft. Een baby die borstvoeding krijgt wordt vanaf het begin bloot gesteld aan verschillende smaken en zal die later ook accepteren als er vast voedsel wordt aangeboden.

Al met al zijn er dus geen redenen om na 6 maanden te stoppen met borstvoeding. Zolang jouw kind goed gedijt op borstvoeding en niet aangeeft behoefte te hebben aan vaste voeding kun je rustig doorgaan met borstvoeding. Je kunt vanaf de leeftijd van 6 maanden vaste voeding aanbieden om te kijken of je baby al interesse heeft in vast voedsel. Zolang je baby geen interesse heeft in vaste voeding heeft hij dus voldoende aan borstvoeding en hoef je je geen zorgen te maken dat de baby tekorten krijgt. Als je baby vaste voeding krijgt, blijft melkvoeding nog belangrijk. De hoeveelheden vast voedsel zullen in het begin nog klein zijn, borstvoeding blijft dan nog de belangrijkste voeding. Wanneer de hoeveelheden vast voedsel toenemen, neemt de hoeveelheid borstvoeding geleidelijk af. Jonge kinderen hebben nog steeds melk nodig en dit kan dan ook prima borstvoeding zijn. Zo kun je borstvoeding en vast voedsel nog een tijdlang (zolang jij en je baby dat wensen) combineren.
Zie het hoofdstuk: Hoe begin ik met vaste voeding?